Naar hoofdinhoud Naar footer

Flexwonen: soepele overgang naar wonen op een zorginstelling

Zorgen dat ouders de zorg voor hun kind thuis langer volhouden én dat de overgang van thuis naar wonen op een zorginstelling zo soepel mogelijk verloopt. Dat zijn de doelen van Flexwonen van Prinsenstichting. Het idee werkt. Wat houdt Flexwonen precies in en wat komt erbij kijken? Regiomanager Cees Verbeeke en projectleider Willemijn Meurs van Prinsenstichting vertellen.

Bij Prinsenstichting kunnen mensen met een beperking van 18 jaar en ouder Flexwonen. Dit kan op basis van logeren of deeltijdverblijf. "Hiervoor hebben we speciale 'tiny houses' geplaatst bij onze locatie Kwadijkerpark," legt projectleider Willemijn Meurs uit. "Daarnaast bieden we logeerkamers aan in de woningen. Mensen met een beperking kunnen hier slapen. Afhankelijk van hun wensen en die van hun ouders wordt er een patroon vastgesteld. Denk bijvoorbeeld aan het slapen om het weekend, door de week of om de week."  

Om lege bedden te voorkomen, wisselen de gasten die gebruikmaken van Flexwonen elkaar af. Iedereen die komt slapen heeft zijn eigen kast in het huisje of op de kamer. Hier worden persoonlijke spullen bewaard wanneer de gast naar huis gaat. Voor het vullen van de bedden is een casemanager betrokken.

Een casemanager voor verbinding

De casemanager verbindt de mensen met een beperking, ouders en zorglocatie. "De casemanager onderzoekt de wensen van deze drie partijen. Er wordt gekeken of de mogelijke kandidaat past bij de andere bewoners. We proberen de situatie zo goed mogelijk in te schatten zodat nieuwe gasten volledig opgenomen worden in de groep," legt Meurs uit.

“Momenteel hebben we drie 'tiny houses' en vijf logeerkamers,” aldus regiomanager Cees Verbeeke. Hiermee kunnen vijftien gasten Flexwonen . We proberen tegemoet te komen aan de wensen van alle partijen en de ambitie van de overheid. Mensen met een beperking zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Flexwonen vervult deze rol perfect."

Flexwonen is ontwikkeld met ondersteuning van het programma Begeleiding à la carte, waar aandacht is voor vernieuwende en persoonsgerichte zorg. Prinsenstichting heeft samen met Vilans een lerend netwerk opgezet om samen met hen aan de slag te gaan met het vernieuwende Flexwonen-idee. De betrokken organisaties zijn Esdégé-Reigersdaal, Ipse de Bruggen, Zozijn en de Raphaëlstichting.

Uitbreiding en ontwikkeling

Flexwonen werkt goed. "Ons eerste doel is dan ook om uit te breiden," zegt Verbeeke. "We willen graag op elke locatie twee 'tiny houses' of logeerkamers hebben. Daarnaast willen we Flexwonen aanbieden voor mensen met een ZEMVB-indicatie (Zeer Ernstig Meervoudig Beperkt) en mensen met een rolstoel.

Helaas zijn er, door regels in de wet, minder mogelijkheden voor nieuwbouw. Op dit moment onderzoeken we de mogelijkheden op een ander deel van de locatie Kwadijkerpark. We zijn in gesprek met de gemeente hierover."

Prinsenstichting wil ook 24-uursbedden omzetten naar flexbedden. "We geven bewust voorrang aan dit idee omdat het bijdraagt aan het verminderen van de kosten voor de samenleving," benadrukt Verbeeke. "Twee gasten die wisselend gebruik maken van één bed is beter dan één gast. Bovendien, als we door Flexwonen mensen eerder kunnen ondersteunen, ervaren kandidaten een soepelere overgang en kunnen ouders de zorg thuis langer volhouden."

Naast het uitbreiden van flexbedden, probeert Prinsenstichting ook de kwaliteit te verbeteren. "Ouders willen onderwijs en contact met mensen die in dezelfde situatie zitten," vervolgt Verbeeke. "We willen meer ondersteuning bieden aan huis. Zodat we ervoor kunnen zorgen dat de thuissituatie zo lang mogelijk hetzelfde blijft. Door mensen met een beperking en hun ouders vroeg in beeld te hebben, kunnen we crisissituaties voorkomen."

Aandacht voor kosten

Een belangrijk onderwerp zijn de kosten van Flexwonen. Flexwonen kan vergoed worden vanuit logeren met een logeerindicatie. Of vanuit de regeling ‘Deeltijdverblijf met een Wlz-indicatie’. Een uitdaging is de vergoeding van de uren van de casemanager. "De casemanager wordt nu vergoed via de afspraak Innovatie voor kleinschalige experimenten van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)," vertelt Meurs.

"Laatst hebben we een verlenging van deze afspraak gekregen. Maar voor de toekomst is dit niet zeker. De casemanager doet veel werk voordat een kandidaat zorg ontvangt. Vergoeding hiervoor kan op dit moment niet terug worden gevraagd. Dat is dringend nodig. Vooral nu steeds meer zorgorganisaties gebruik willen maken van Flexwonen."

Daarnaast is er nog een ander probleem over vergoedingen. "Wanneer we van een 24-uursbed naar een flexbed gaan, is vergoeding nodig om het tijdelijke lege bed te betalen," legt Verbeeke uit. "Dit hebben we besproken met de VGN en Zorgkantoor Nederland. Ook deze vraag ligt momenteel bij de NZa.

Op de Toekomstagenda

Hoewel Flexwonen nog een paar uitdagingen kent over vergoedingen, heeft Prinsenstichting goede hoop voor de toekomst. “Het zorgkantoor heeft het idee omarmd. De zorginkoper heeft ons ondersteund bij de aanvraag voor vergoeding van de casemanager en heeft ons geholpen bij de beoordeling van deze afspraak. Zilveren Kruis staat achter het idee en ook andere zorgkantoren volgen de ontwikkelingen op de voet. Flexwonen zou nu een belangrijke plek moeten krijgen op de Toekomstagenda van de overheid."