Ministerie van VWS wil alles horen over Flexwonen bij Prinsenstichting

Gepubliceerd op: 27-02-2024

“Flexwonen betekent 50% meer tijd voor onszelf”, vertelt Jeffrey, vader van Wesley. “Wesley is 28 jaar, maar we kunnen hem geen moment alleen laten, zelfs niet als hij slaapt. Nu hij om de week bij Prinsenstichting woont, komen wij tot rust.” Drie mensen van het ministerie van VWS luisteren aandachtig. Ze zijn op werkbezoek bij Prinsenstichting in Purmerend.

Michiel Geschiere, directeur Langdurige zorg van VWS, bedankt Jeffrey aan het eind van het werkbezoek op 31 januari. Hij is samen met zijn collega’s Anouk Segond von Banchet en Rick Oosterheert naar Purmerend gekomen om alles te horen over Flexwonen. Ze luisteren dan ook met grote interesse naar het verhaal van projectleider Willemijn Meurs. Maar het is vooral Jeffreys verhaal dat hen inzicht geeft in nut en noodzaak van Flexwonen.

Tiny houses en logeerkamers

Flexwonen is een combinatie van logeren en deeltijdverblijf voor cliënten van 18 jaar en ouder. Bij Prinsenstichting hebben ze speciaal daarvoor tiny houses geplaatst in de tuinen bij de woningen. Daarnaast biedt Prinsenstichting ook logeerkamers in de woningen. Cliënten slapen er – in een vast patroon – om het weekend, door de week of om de week, net wat zij en hun ouders willen. Om te voorkomen dat bedden leeg staan, wisselen de cliënten die flexwonen elkaar af. Daarvoor heeft iedere cliënt een eigen kast in het huisje op of de kamer. Daarin worden de persoonlijke spullen opgeborgen wanneer de cliënt naar huis gaat.

Flexwonen is ontwikkeld met begeleiding vanuit het programma Begeleiding à la carte 1 voor vernieuwende en persoonsgerichte zorg. Begeleiding à la carte 2 is het vervolg van dit programma. Doel is om samen de beweging van persoonsgerichte zorg verder te brengen. Daarvoor heeft Prinsenstichting samen met Vilans een lerend netwerk opgezet met vier andere organisaties, om samen met hen aan de slag gaan met de aanpak Flexwonen. De organisaties zijn Esdégé-Reigersdaal, Ipse de Bruggen, Zozijn en de Raphaëlstichting.

Flexwonen is afgestemd op de zorgvraag en behoefte van de cliënten. “De ene logeercliënt sluit overdag volledig aan in de woongroep en gaat alleen naar de tiny house om te slapen”, vertelt Willemijn. “Cliënten met een hoger niveau stemmen zelf met de begeleiding af wanneer zij bij de groep aansluiten en wanneer zij zich terugtrekken in hun tiny house. En voor weer andere cliënten is het beter dat ze in de woning slapen. Met Flexwonen sluiten we aan op wat cliënt en ouders willen en nodig hebben. Het gaat erom ouders te ontlasten, zodat hun kind zo lang mogelijk thuis kan blijven wonen. Verder willen we de overgang van thuis wonen naar wonen bij Prinsenstichting zo soepel mogelijk laten verlopen.”

“Met Flexwonen sluiten we aan op wat cliënt en ouders willen en nodig hebben.”

Elektrische gitaar in de hoek

Het gezelschap kan even een kijkje nemen in de logeerkamers en de tiny houses. In de logeerkamer voor cliënten met gedragsproblemen zijn de muren leeg en er staat alleen het hoognodige: een bed, een kast, tafel en stoel. “Waarom zo kaal?”, vraagt Michiel. “De cliënten die hier logeren zijn gebaat bij een prikkelarme omgeving”, legt Willemijn uit. In de tiny houses die de medewerkers van VWS vervolgens bezoeken, zien ze dat het ook anders kan. Het zijn huisjes met foto’s en posters aan de muur, de legpuzzel op tafel, de elektrische gitaar in de hoek. Het is duidelijk dat Flexwonen verschillende mogelijkheden biedt.

Casemanager zorgt voor verbinding

Maar het concept van Flexwonen draait niet alleen om huisjes en kamers. Wat Flexwonen bijzonder maakt, is dat er een casemanager aan verbonden is. Dat is Sabiene van der Woerd. Zij is de verbinding tussen cliënt, ouders en zorglocatie. “Ik ga tijdig met mensen in gesprek”, vertelt Sabiene. “Ik wil weten wat de cliënt nodig heeft en wat ouders nodig hebben. Verder luister ik goed naar wat begeleiders en bewoners van de locatie willen. Voor een woongroep is het fijn dat er iemand komt die goed bij hun past. Nu zien we dat cliënten die flexwonen helemaal worden opgenomen in de woongroepen.”

“Cliënten die flexwonen worden helemaal opgenomen in de woongroepen.”

Meer rust

Door de vertrouwensrelatie tussen casemanager, cliënt en ouders kan Prinsenstichting ervoor zorgen dat de cliënt op de juiste plek komt en persoonsgerichte zorg krijgt. “We zien dat er meer rust is, waardoor cliënten beter tot hun recht komen”, aldus Willemijn. “De kwaliteit van leven van de cliënten is verbeterd. We zijn blij dat we dit met elkaar hebben kunnen bereiken.”

Ook Jeffrey en zijn vrouw zijn blij met het Flexwonen. Ze zien het als een tussenoplossing tot Wesley fulltime bij Prinsenstichting kan wonen. “Flexwonen zorgt ervoor dat mijn vrouw en ik het volhouden. We zien aan Wesley dat hij blij en tevreden is. Wesley accepteert het niet als iets anders is dan hij gewend is. Bij Prinsenstichting zorgen ze voor een ruimte die prikkelarm is en telkens hetzelfde. Gelukkig wil de cliënt die in het huisje woont als Wesley er niet is, het ook zo.”

“We zien aan Wesley dat hij blij en tevreden is.”

Kans op wonen

“Het mooie is dat we Wesley steeds beter leren kennen en dat we nu weten waar we hem wel en niet kunnen plaatsen”, vult Sabiene aan. “Zijn kans op wonen bij ons is nu groter, omdat we zien dat hij op meer plekken terecht kan dan we eerder dachten.” “Mooi hoe jullie met Flexwonen bijdragen aan persoonsgerichte zorg”, reageert Anouk. “Inspirerend om te zien dat mensen met een beperking bij Prinsenstichting de mogelijkheid krijgen om stappen te zetten richting meer zelfstandigheid en zorg krijgen in een wooncontext die is afgestemd op hun behoeften.”

Het bezoek van het ministerie van VWS stapt op en schudt de medewerkers van Prinsenstichting hartelijk de hand. “Dit gaat ons bijblijven”, zeggen ze tegen elkaar als ze weglopen.