Naar hoofdinhoud Naar footer

VGN-directeur Theo van Uum: 'Een samenleving waarin een ‘betekenisvol leven, gewoon meedoen’ centraal staat.'

Theo van Uum: ‘Ik kan de gehandicaptensector nu beter helpen.’ Mireille de Beer ging in gesprek met de directeur van VGN, Theo van Uum.

Eerder werkte hij bij het ministerie van VWS. Hij vond het tijd om echt in de sector te gaan werken. Ze praten over zijn rol, zijn persoonlijke situatie en zijn hoop voor de toekomst. ‘Ik hoop dat we als samenleving het steeds gewoner gaan vinden dat iedereen mee kan doen.’

Een samenleving waarin een ‘betekenisvol leven, gewoon meedoen’ centraal staat. Dat is te lezen in de ‘Visie 2030’ van de Vereniging Gehandicaptensector Nederland (VGN).  Theo: ‘Natuurlijk had ik bij VWS een bepaalde invloed. Maar ik vind dat ik de praktijk moet faciliteren in het waarmaken van deze visie. Dat kan in deze rol beter.’

Waar gaat hij mee aan de slag?

In zijn rol bij VGN wil hij de verbinding maken met netwerken, zoals met het onderwijs en bedrijfsleven. Zijn voorganger heeft daarin al veel werk gedaan waar Theo mee verder kan. Ook wil hij nieuwe dossiers oppakken. Het gaat nu echt over de zorg en ondersteuning voor mensen met een beperking. Ook wat het financieel betekent om te kunnen deelnemen aan de samenleving.

‘Ik vind moeilijke vragen leuk, zeker als het met het organiseren van zorg en met geld te maken heeft. Van huis uit ben ik econoom. Tegelijk gaat het in de zorg om leven en dood, emoties en de zorg en ondersteuning voor de meest kwetsbaren in de samenleving. Voor hen wil ik echt graag de belangrijke punten die in de Visie 2030 op papier staan laten slagen. Dat betekent doelen stellen en gerichter werken. Kijken waar je resultaten kan bereiken die bijdragen aan de visie.

Op zeer korte termijn zitten we met de gestegen energieprijzen. Steeds meer leden komen in de rode cijfers. Dus de acute financiële vraag is nu het belangrijkste. Verder wil ik helpen ervoor te zorgen dat er niet te veel wisselend personeel is voor cliënten.’ Hij kijkt ook met veel interesse naar de grote vernieuwingen in de ouderenzorg. Hij wil er dan ook voor zorgen dat zorgorganisaties kennis uitwisselen. ‘Ik krijg veel energie van de bruisende ideeën van anderen. Door kennis uitwisselen en delen komt veel op gang.’

Wie is Theo als persoon?

Theo voelt zich een Achterhoeker en komt uit een cultuur van ‘niet praten, maar doen’. Een cultuur die ook een bescheidenheid kent. ‘Dat is mooi, maar soms moet je de bescheidenheid loslaten. Dat geldt ook in deze sector. Minder bescheiden zijn en meer op de voorgrond treden.’

Theo is getrouwd en heeft drie kinderen: twee jongens en een meisje. Zijn dochter heeft een beperking en is 27. Zij woont in een ouderinitiatief. Hij is haar bewindvoerder. Of zoals zij zegt, ook haar bodyguard, chauffeur en begeleider als ze bijvoorbeeld samen naar een concert gaan.‘Ik geniet van de lol die ik met haar heb en ben blij met wat ik haar kan geven. Het is ook leuk hoe ze mijn verschillende rollen beschrijft. 

Ik merk alleen dat ik ouder word en een netwerk zou fijn zijn voor haar toekomst. Daar moeten we op tijd mee bezig zijn. Dus soms vraag ik me wel af bij een leuk uitje “Hoe gaat dat straks?” Dat is het meest spannende.’

Hoe zet hij zijn ervaringsdeskundigheid in?

Dankzij zijn eigen kennis kan hij makkelijker begrijpen wat er speelt en dat zet hij in. Hij kan zich goed in verplaatsen in de organisaties voor cliënten en naasten. ‘Ik kan goed de verbinding maken door mijn ervaringen. Tegelijk mag mijn eigen kennis niet leidend zijn.’

Wat is zijn droom over veranderingen in de gehandicaptenzorg?

‘Ik hoop op een samenleving die het normaal gaat vinden dat iedereen mee kan doen. Dat iedereen die boodschap hoort en oppikt, dus ook de mensen die nog niet weten waar anderen tegenaan lopen. Ik wil daar mijn rol in pakken om dat verhaal goed neer te zetten. Ermee aan de slag gaan is een maatschappelijke verantwoordelijkheid van ons allemaal.’

Deel deze pagina via: