Naar hoofdinhoud Naar footer

Eenvoudig hygiënebeleid. Zo doet Ophovenerhof dat

Bij Ophovenerhof wilden ze samen een eenvoudig en praktisch hygiënebeleid maken. Daarnaast wilde de ‘werkgroep hygiëne’ de vier belangrijkste hygiëneafspraken met bewoners, deelnemers en collega’s handig kunnen delen. Met succes! Hoe hebben ze het aangepakt? En wat vonden ze lastig?

Ophovenerhof is een kleine zorgorganisatie. Ze wilden daarom geen ‘hygiëne commissie’ tijdens het project ‘Kan of moet het hygiënischer?’. Dat voelde te groot. Zo kwamen ze tot de ‘werkgroep infectiepreventie’.

Hoe is de werkgroep gestart?

Met twee adviseurs van Vilans ging de werkgroep in gesprek. Door met elkaar te praten over hoe het nu gaat met de hygiëne kwamen verhalen naar boven. Deze verhalen gaven inzicht in de verschillen en overeenkomsten tussen ‘wonen’ en ‘dagbesteding’.

Wat was lastig?

‘We vonden het bijvoorbeeld lastig om steeds hygiënisch te blijven werken. Iedere situatie is ook verschillend. We dachten ook dat een streng hygiënebeleid voor te veel afstand zou gaan zorgen. We wilden juist dicht bij de bewoners en deelnemers van de dagbesteding blijven.

Werkafspraken waren niet zo duidelijk omschreven. En materialen waren ook niet altijd op orde. Niet overal stonden prullenbakken bijvoorbeeld onder meer vanwege stank. Daardoor moest je vaak een eind lopen met vieze spullen. Nu hebben we wel die prullenbakken. We doen hier zoals thuis, alleen hebben we voor hier afgesproken dat we dagelijks alle prullenbakken leegmaken. Dus je moet kijken wat werkt’, Yolanda Vanderheijden, coördinatrice wonen.

Volgende stap: belangrijkste thema’s benoemen

Uit de verschillen en overeenkomsten kwamen de twee belangrijkste thema’s om mee aan de slag te gaan: ‘nabijheid’ en ‘samen’. Die thema’s hebben ze verwerkt in hun startpunt: Hoe houden we het hygiënebeleid menselijk en passend bij de kleinschaligheid van de organisatie?

Hygiënebeleid op een A4 geschreven

Door ervaringen met elkaar uit te wisselen, kon de werkgroep het hygiënebeleid concreet maken. Dit hebben ze beschreven op een A4, met de titel: Zo zijn onze manieren. Hier hebben ze verschil gemaakt tussen wat je in ieder geval moet doen en wat de afspraken zijn.

Een poster met de vier belangrijkste hygiëne-afspraken

‘We dachten na over welke vorm praktisch zou zijn om dit beleid van ons allemaal te maken. De adviseurs lieten een paar voorbeelden zien: van posters tot pictogrammen. Een pictogram is een symbool of afbeelding die de plaats inneemt van een tekst.

Toen heeft de werkgroep een activiteit gedaan met een paar bewoners. Ze hebben samen gekeken wat de bewoners mooi en duidelijk vonden. Zo is een poster ontstaan met de vier belangrijkste hygiëne-afspraken (zie de poster onderaan bij downloads). Met deze poster is voor iedereen die woont of werkt bij Ophovenerhof duidelijk wat van ze verwacht wordt. En vier afspraken kun je ook nakomen’, Chantal Tillemans, coördinatrice dagbesteding.

‘De poster hangt er niet het hele jaar, omdat het op een gegeven moment niet meer werkt. Dus een aantal keer per jaar hangen we de poster op. Zeker als er meer besmettingen zijn van een virus, zoals corona.’

‘De overleggen helpen om keuzes aan anderen uit te kunnen leggen’

‘Het regelmatig overleggen met de werkgroep helpt om met andere collega’s, de bewoners en deelnemers aan de dagbesteding ook te praten over hygiëne en infectiepreventie.

We kunnen keuzes nu goed uitleggen en waarom de afspraken belangrijk zijn. We vertellen ook hoe we daar allemaal een rol in hebben. Samen zijn we verantwoordelijk’, Iris Bruns, woonbegeleidster. Om infectiepreventie aandacht te blijven geven, blijft de werkgroep bestaan. Yolanda: ‘De werkgroepleden houden goed in de gaten wat nodig is, zoals zeep op de juiste plekken. En ze herinneren collega’s aan de afspraken.’

Praktijkvoorbeeld ‘hygiëne bespreekbaar maken’

Toen het project liep, viel een nieuwe collega een aantal dingen op toen zij ingewerkt werd. Bijvoorbeeld dat collega’s niet altijd handschoenen droegen tijdens de lichamelijke verzorging van bewoners. Zij was vanuit haar werk als verpleegkundige in de wijkverpleging gewend dit wel te doen. Ze stelde zichzelf vooral nieuwsgierig op. Er kon namelijk een goede reden zijn waarom haar collega’s dit niet deden.

Zij vroeg bijvoorbeeld:

  • Ik zie dat jij die crème zonder handschoenen op de rug smeert. Is dat een bewuste keuze?
  • Ik gebruik graag handschoenen als ik een bewoner van onderen ga wassen, waar kan ik deze vinden? Hoe doe jij dat altijd? 

Yolanda: ‘Ik had het er toen over met mijn collega. Want wanneer heeft het echt zin om met handschoenen te werken. Ik was blij dat ik het gewoon heb gevraagd. En tegelijk door te handelen zoals ik gewend ben.’ Collega’s dachten namelijk dat bewoners het werken met handschoenen als afstandelijk zouden ervaren. Dat bleek niet zo te zijn. Tegelijk is het ook niet altijd nodig voor alles handschoenen te gebruiken. Met elkaar maakten ze keuzes die ze goed konden uitleggen.

Ze maken nu meer gebruik van handschoenen onder andere bij bewoners insmeren met (medicinale) zalf of crème en tijdens het douchen: wassen van de onderkant. Yolanda: ‘Dat is wel echt een verandering, omdat we het belang snappen. En op deze manier elkaar aanspreken gaat dan zonder moeite.’

Lees meer over Infectiepreventie Gehandicaptenzorg

Downloads

Deel deze pagina via: