Naar hoofdinhoud Naar footer

Schoonmaken in de gehandicaptenzorg: tips voor professionals

Gepubliceerd op: 23-08-2023

Laatst bijgewerkt op: 05-06-2025

Maak je niet op de goede manier schoon in de gehandicaptenzorg? Dan kun je zelf bacteriën verspreiden. De bacteriën kunnen zorgen voor een groter risico op infecties voor jezelf en cliënten. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Schoonmaken is echt vakmanschap. Het is dus belangrijk dat je weet hoe je op een goede manier schoonmaakt. In dit tipartikel zetten we alle schoonmaaktips voor zorgprofessionals op een rij.

1. Hoe houd je de juiste volgorde van schoonmaken aan als zorgprofessional?

De volgorde van schoonmaken in de zorg is erg belangrijk. Maak je met een doekje het toilet schoon en neem je daarna met hetzelfde doekje de deurklink nog even af? Dan breng je de bacteriën vanuit het toilet op de deurklink. De volgende bezoeker krijgt die bacteriën dus ook op zijn handen.

Maak daarom altijd schoon in de volgorde: van schoon naar vuil, en van boven naar beneden. Gebeurt het toch dat je van een vuiler deel naar een schoner oppervlak gaat? Wissel dan het doek óf het vlak van de doek.

Algemene schoonmaaktips voor professionals in de gehandicaptenzorg

  • Volg altijd de instructie op de verpakking van de schoonmaakmiddelen.
  • Bewaar de schoonmaakmiddelen in de originele verpakking met een leesbaar etiket.
  • Was doeken en dweilen na gebruik op 60 graden. Laat ze daarna drogen, aan de lucht of in een wasdroger.
  • Gooi wegwerpmaterialen direct na gebruik weg.

2. Welke schoonmaakmiddelen en -materialen gebruik je in de gehandicaptenzorg? 

Het is goed om in de zorgorganisatie af te spreken welke schoonmaakmiddelen je gebruikt. Voor het meeste schoonmaakwerk zal dit een allesreiniger zijn. Denk er wel om dat je de juiste hoeveelheid van het middel gebruikt. Meer schoonmaakmiddel is niet beter! Gebruik je meer schoonmaakmiddel dan op de verpakking staat? Het middel laat een laagje achter waar bacteriën in kunnen blijven zitten.

3. Wanneer moet je desinfecteren in de gehandicaptenzorg? En hoe doe je dat?

Desinfecterende middelen gebruik je in de gehandicaptenzorg alleen als er een reden voor is. Check hieronder wanneer desinfecteren echt nodig is. En hoe je moet desinfecteren.

  • Desinfecteer alleen als er vervuiling is door lichaamsvloeistoffen. Denk aan urine, ontlasting of braaksel.
  • Check waar de plek is van vervuiling met lichaamsvloeistoffen. Gaat het om een druppel urine op de vloer of braaksel over de tafel? Ga na of vanuit de plek van vervuiling ook een besmetting met een andere cliënt kan ontstaan.
  • Draag altijd handschoenen bij desinfecteren.
  • Desinfecteer met een middel dat is goedgekeurd door het Ctgb. Een desinfectiemiddel zonder deze goedkeuring verwijdert mogelijk niet alle ziekteverwekkende bacteriën en virussen.
  • De zorgorganisatie moet ervoor zorgen dat de juiste middelen aanwezig zijn.

Vragen over schoonmaken voor jou en je team

De volgende vragen kun je gebruiken als gespreksstarters in je team. 

  • Hoe weten we wanneer iets echt schoon is?
  • Welke schoonmaakmiddelen gebruiken we waarvoor?
  • Wat doen we als een schoonmaakmiddel (bijna) op is?
  • Bij wie kunnen we terecht voor nieuwe schoonmaakmiddelen en -materialen?
  • Hoe verdelen we de schoonmaaktaken met elkaar?

Lees meer over schoonmaken in de gehandicaptenzorg

Deel deze pagina via:

Stel je vraag aan