Naar hoofdinhoud Naar footer

7 signalen voor NAH

Gepubliceerd op: 29-10-2018

Laatst bijgewerkt op: 26-11-2023

Professionals in zorg en welzijn hebben een belangrijke taak bij het herkennen van de gevolgen van niet-aangeboren hersenletsel (NAH). Zij kunnen signalen van hersenletsel opmerken en zorgen dat iemand de juiste hulp en begeleiding krijgt. Maar hoe herken je die gevolgen? Bekijk de 7 signalen voor NAH.

In het kort

Type tool

Lesmateriaal, Achtergrond

Voor wie

Zorgverleners, Studenten, Docenten

Cliëntgroep

Niet-aangeboren hersenletsel

Soort kennis

Onderzoek, Praktijk

1. Melding van een gebeurtenis in het verleden als moment waarop alles anders werd

Hulpverleners horen soms dat 'sinds het ongeluk alles anders is geworden'. Dit wijst op een ‘breuk in de levenslijn’. Voor de beroerte, ongeluk, ziekenhuisopname of ziekte verliep het leven op een bepaalde manier, maar daarna veranderden gedrag en mogelijkheden. Die veranderingen hadden vaak gevolgen voor werk en privé. Let ook bij kinderen op zulke signalen. Ook zij kunnen NAH oplopen, bijvoorbeeld door een val of verkeersongeval.

2. Vastlopen in bekende situaties

Een belangrijk en bekend signaal is dat iemand steeds vastloopt in situaties die vroeger goed verliepen. Bijvoorbeeld op school, op het werk of bij het regelen van de administratie. Sommige mensen raken hierdoor in de problemen, zoals schulden, omdat ze hun administratie niet meer goed kunnen overzien.

3. Geen inzicht in eigen grenzen, geen realistische verwachtingen

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel hebben soms moeite om hun eigen grenzen te herkennen of realistische verwachtingen te hebben. Ze kunnen weerstand of onbegrip tonen, of minder inlevingsvermogen hebben. Dit gedrag kan samenhangen met NAH.

4. Iets niet meer kunnen – wat iemand vroeger wel kon zonder problemen

Als iemand zijn leven niet goed meer kan organiseren of taken blijft vermijden, kan dat wijzen op overbelasting door NAH. Het lukt soms niet meer om verantwoordelijkheden te dragen, bijvoorbeeld in het gezin of op het werk. Schaamte kan daarbij een rol spelen: mensen durven niet altijd toe te geven dat iets niet meer lukt.

5. Veranderingen in de zintuigen

De hersenen sturen alle zintuigen aan. Daarom kunnen mensen met NAH veranderingen in horen, zien, ruiken of voelen ervaren.

6. Passief, ongeïnteresseerd, gemakzuchtig, depressief (?)

Gedrag wordt soms onterecht begrepen als passiviteit, desinteresse of gemakzucht. Dit soort gedrag kan ook wijzen op een depressie. Een depressie kan ontstaan door het hersenletsel zelf, maar ook via een andere weg, door de gevolgen van NAH.

7. Overspannen mantelzorger, ontwrichte gezinssituatie, huiselijk geweld of kindermishandeling

NAH kan leiden tot veranderingen in karakter en gedrag. Die veranderingen kunnen veel spanningen geven in het gezin. Partners of kinderen kunnen overbelast raken. Soms leidt dit tot ruzies of zelfs huiselijk geweld. Dat is vaak een teken van onmacht of overprikkeling.

Kindermishandeling of verwaarlozing kan ontstaan doordat ouders niet goed weten hoe ze met hun kind moeten omgaan, maar het kan ook komen door de gevolgen van hersenletsel. Het belangrijkste is dat de kinderen worden beschermd. Daarnaast is het belangrijk om bij signalen van geweld ook aan NAH te denken. 

Gebruik de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling om te weten wat je kunt doen in zulke situaties.