InteraktContour: ‘Betrek ook familieleden van cliënten bij de inzet van robots’
Cliënten van InteraktContour hebben door hun (niet-aangeboren) hersenletsel veel te maken met geheugenproblematiek en vallen. ‘We vinden het belangrijk om daar waar mogelijk de zelfstandigheid van cliënten te bevorderen, e-health en technologie kan ons daarbij helpen’, vertelt eHealth adviseur Lisette Schoenmaker. In dit interview deelt ze haar ervaringen met de inzet van technologie en robotica.
Robots ervaren bij je thuis
‘Op dit moment werken we nog vaak productgedreven. Je hebt een technologie en kijkt vervolgens of die geschikt kan zijn voor een cliënt. Maar we gaan steeds meer vanuit een vraag of probleem kijken: waar heeft de cliënt behoefte aan en welke technologie kan hem daarbij het beste ondersteunen?’
Uitleenservice
‘Als een cliënt binnen een woonlocatie baat heeft bij een robot, dan kan deze door de zorgorganisatie worden aangeschaft. Voor mensen die thuis wonen en via de WMO thuisbegeleiding krijgen, ligt dit anders. Zij kunnen die hulpmiddelen niet zomaar aanschaffen. Bovendien wil je ze de gelegenheid geven om de meerwaarde van zo’n robot eerst te ervaren, voordat ze iets aanschaffen. Wij willen cliënten en hun familieleden daarbij helpen. Daarom starten we met een uitleenservice, zowel voor woonlocaties als voor cliënten thuis. Mensen mogen producten 2 maanden lang uitproberen. Bijvoorbeeld de Tessa, de robotkat of een slaapmonitor. Via vragenlijsten bepalen we vervolgens of een product bevalt. Zo kunnen mensen makkelijker beslissen of een toepassing toegevoegde waarde heeft.’
Waardevol hulpmiddel
‘Tot nu toe hebben we een aantal robots op die manier getest. Vooral de Tessa doet het goed. Die robot herinnert cliënten aan afspraken en taken. Hij is ontwikkeld voor mensen met dementie, maar blijkt in de praktijk ook waardevol te zijn voor mensen met niet-aangeboren hersenletsel (NAH). De Tessa helpt hen bij het opstaan, eten, douchen, tandenpoetsen en innemen van medicatie. Hij geeft ook tips, bijvoorbeeld om te gaan wandelen. Per cliënt kun je het aantal herinneringen instellen. Een wens van cliënten is dat ze meer interactie willen met de robot. Verder is niet iedereen even enthousiast over het uiterlijk. ‘Te popperig’ is een veelgehoorde opmerking. Deze ervaringen delen we dan weer met de leverancier.’
Betrek familieleden
‘Dankzij ervaringen met robots als de Tessa is de acceptatie van robotica toegenomen. Medewerkers hebben snel door dat het cliënten kan helpen en dat het geen vervanging is voor de zorg. We betrekken ook familieleden bij het uitleenproces, omdat we merken dat goede uitleg cruciaal is. Een cliënt die zelf heel enthousiast was, wilde de Tessa bijvoorbeeld wegdoen omdat een familielid hem niet mooi vond en daar opmerkingen over maakte. Daarom is het een aandachtspunt om aan familieleden uit te leggen wat een robot kan betekenen voor hun naaste.’
Technische verbeteringen
‘Een andere robot waar we ervaring mee hebben opgedaan, is de LEA. Daarbij hebben we vooral gekeken naar de ervaringen van cliënten en medewerkers. We ontdekten dat cliënten zekerder lopen met de LEA. Een cliënt met de ziekte van Parkinson die veel viel en in een rolstoel zat, kon dankzij de LEA lopen. Een andere cliënt vindt het prettig om met de LEA te lopen, maar pakt toch weer haar vertrouwde rollator als de robot even hapert. Een minpunt van de LEA is dat deze niet tegen regen kan. De robot is verder erg duur, wat een drempel is voor de aanschaf ervan. Op dat vlak zijn nog verbeteringen mogelijk, maar het is duidelijk dat er steeds meer technologische mogelijkheden zijn die de zelfstandigheid van cliënten kunnen bevorderen.’
Tips bij robotica en technologie
- Deel met medewerkers en familieleden wat de meerwaarde van een robot is voor cliënten. Vertel waar zij op moeten letten.
- Zorg voor een laagdrempelige manier om cliënten en medewerkers robotica of technologie te laten ervaren. Vraag regelmatig hoe het gaat en zorg voor een goede inbedding en ondersteuning.